zondag 13 maart 2016

Roetsen.

Ok, het gaat nog eens over roetsen. Maar sinds het vorige bericht zijn we alweer ruim 100 km verder. Voorbije dinsdag ben ik, na het plaatsen van vorig bericht, met de roets gaan werken. Ik had daar wel eventjes geluk bij. Het regende tot 20 minuten voor ik vertrok en toen ik op het werk aankwam begon het alweer fel te regenen, terug naar huis was wel droog. De woon-werk rit was eerder symbolisch, exact een jaar na het ophalen van de roets reed ik ermee naar het werk. Het was ook een rare gewaarwording, de rit naar het werk is dezelfde alswaar ik de roets een jaar geleden ophaalde (maar nu moest ik wel nog verder). En ik herinner me nog hoe goed ik kon roetsen (niet dus) en het verschil met de handigheid waarmee ik nu door het verkeer laveer. We zijn niet voor niets 1200 km verder.

Zaterdag op het belveer in Schellebelle.

Langs de spoorlijn tussen Wetteren en Melle.

Dit weekend ben ik alweer gaan roetsen. Een last minute oproep leverde voor de zaterdag geen medefietsers op, maar op zondag voormiddag stond wel een mede-roetser te wachten. De afstand wordt stelselmatig opgetrokken. Reed ik in december eindelijk eens 37 km, dan deed ik dat in februari al meerdere keren en dit weekend werd de afstand tot 43 km verlengd. En deze keer werd dezelfde rit 2 dagen na elkaar gereden en dat heb ik geweten. Mijn armen lieten het gisteren al weten, vandaag nog iets meer, maar vandaag laten ook de buikspieren zich voelen.

Op zondag waren we met 2.


Voor de komende week voorspellen ze alweer mooi weer en het is de bedoeling om 2 keer naar het werk te roetsen. Vanwege het gevoel in de armen en buikspieren zal het gewoon blijven bij woon-werk afstand van 20 km (in totaal), zodat het lichaam kan wennen. Maar het is de bedoeling om, zeker met de ochtendploeg, na het werk een langere rit in te lassen (tot 40 km) en zo het weekend meer vrij te hebben om eens iets anders te doen. De earthhour tocht komt eraan, de Lia-tocht, het ligfietstreffen, het velomobieltreffen, telkens weekends waar niet veel meer gedaan wordt dan met de Orca gereden.

Maar forensen met de roets heeft nog een ander voordeel. Tegenover de reguliere ritten rij ik tijdens het forensen vooral in het gewone verkeer, met veel bochtenwerk en verschillende kruispunten. Dat zal ook helpen mijn rijtechniek met de roets op een hoger niveau te tillen.

Maar wat me nog is bijgebleven is mijn idee over het weer in februari. Iedereen, ook in het nieuws en weerbericht, had het over een kletsnatte maand. Als ik het goed heb ben ik ook verschillende keren nat op het werk of terug thuis aangekomen. Maar toch had ik het gevoel dat februari vooral een droge maand was. Dit komt vooral door het roetsen. De maximum roetsafstand die ik in februari aflegde was 37 km, om daarmee 240 km in een maand te roeien heb je echt wel verschillende dagen nodig en roetsen doe ik alleen maar als het niet regent. Meer zelfs, verschillende dagen was de zon ook, zelfs uitbundig, van de partij. En wellicht heb ik daardoor, ondanks de regen en het geklaag van anderen, het gevoel dat het een droge maand was.

Een rit in februari, waar is die regen?

1 opmerking: